Gepubliceerd in: Jij&UWV (magazine voor UWV-medewerkers), najaar 2014
Uitgave van: UWV
Geschreven in opdracht van: MPG.
Jaloers kijken naar een ander
Waar zou jij voor kiezen? Salarisschaal 7 en werken op een afdeling waar bijna iedereen in schaal 8 of hoger zit? Of salarisschaal 6 en werken tussen collega’s van wie de meeste in schaal 5 of lager zitten?
Tekst Erwin Rooyakkers
Emoties zijn vaak overheersender dan ons verstand, want de meeste mensen kiezen voor de tweede optie: een lager salaris, zolang dat maar hoger is dan dat van hun naaste collega’s.
Zo werd er in 2008 onderhandeld over het salaris van leraren. Het was moeilijk om jonge leraren te trekken, dus het plan was om hen sneller te laten groeien in hun salarisschaal.
Het plan is nooit uitgevoerd: de oudere leraren vonden het onterecht dat hun jongere collega’s veel sneller dan zijzelf op een hoger salaris zouden uitkomen. Dat ze er zelf niet op achteruit zouden gaan, deed daar niets aan af.
Wat is dat toch, dat we altijd kijken naar de ander, dat we van nature geneigd zijn onszelf met anderen te vergelijken? Jaloezie, afgunst. Emoties die we vaak als negatief bestempelen. We worden er immers niet blijer van.
De oude Grieken noemden afgunst ‘pijn, veroorzaakt door het geluk van anderen’. De filosoof Immanuel Kant nuanceerde dit in 1797. Hij zei dat het de pijn is die ontstaat als het anderen beter gaat dan onszelf.
Nutteloze emotie?
Maar er is altijd wel iemand die beter presteert, meer heeft, getalenteerder of aantrekkelijker is. Vergelijken maakt je alleen maar ongelukkig. Dus waarom voelen we dan emoties als afgunst en jaloezie, als die zo nadelig voor ons uitpakken?
De meeste emoties zijn evolutionair nuttig. Angst laat je wegrennen voor gevaar. Verdriet lucht op en helpt je te kunnen loslaten. Boosheid maakt ons imposanter en maakt de ander iets duidelijk. Maar jaloezie of afgunst? Daar heb je alleen jezelf mee. Want hoe kleingeestig ben je wel niet als je een ander zijn geluk niet gunt?
Van de zeven hoofdzonden is afgunst wel de domste. De zes anderen leveren tenminste nog een persoonlijk voordeeltje op: wie gulzig is bijvoorbeeld, heeft in elk geval een goedgevulde maag; wie ijdel is, geniet van zijn spiegelbeeld; en wie woede toont, heeft een uitlaatklep. Maar de afgunstige? Wat is zijn genot? En jaloezie, wat is daar de positieve kant van?
Boze oog
Niels van de Ven onderzoekt in zijn proefschrift The bright side of a deadly sin: The psychology of envy of er positieve kanten aan afgunst zijn. Bij het beantwoorden van die vraag maakt hij onderscheid tussen benijden en afgunst.
We benijden iemands verdiende succes, terwijl we iemands onverdiende succes afgunstig bekijken. Afgunst leidt tot het willen schaden van anderen, maar benijden zorgt ervoor dat iemand zijn eigen situatie wil verbeteren. Gelukkig, er zit dus ook een positieve kant aan jezelf vergelijken met de ander: benijden spoort aan om zelf beter te worden. Bovendien kan het ook de trigger zijn om op een ander gebied beter te worden dan degene die je benijdt.
Naast deze twee positieve effecten onderkent Niels van de Ven nog een derde in zijn proefschrift: mensen die beter af zijn dan anderen zijn bang voor hun afgunst en gedragen zich daardoor socialer. Ze gaan niet opsnijden over hun prestaties of hun bezit: dat zou mensen maar jaloers maken.
In sommige culturen zijn mensen daar nog veel beduchter voor. In veel landen rond de Middellandse Zee hangt in elk huis en elke auto een amulet, dat er uitziet als een oog, om ‘het boze oog’ van de jaloezie weg te kijken. Door de jaloerse blikken van anderen zou je schade kunnen lijden of zelfs dood kunnen gaan! In Griekenland bijvoorbeeld wordt om die reden elke vorm van bezit kleiner gemaakt. Als de buurman zegt: ‘Hé, mooie auto!’, dan zeg je: ‘Da’s maar een tweedehandsje, hoor.’ Of: ‘Mooie nieuwe jurk!’ ‘Nee joh, van mijn zus gekregen.’
Remedie
Iemand benijden kan dus nog positief uitwerken, maar wat kun je doen aan afgunst, waar je alleen maar ongelukkig van wordt? Een hedendaagse Franse filosoof stelt heel simpel – je hoort het je moeder zo zeggen – dat we ook kunnen genieten van andermans geluk:
‘Liefhebben is blij zijn om het geluk van anderen.’ Het gezegde is dat je in nood je vrienden leert kennen. Maar echte vrienden herken je minstens zo duidelijk in tijden van voorspoed: een echte vriend is oprecht gelukkig met jouw succes.
Laat het genieten van andermans geluk ook bijdragen tot je eigen geluk, spoort de Franse filosoof ons aan. Want de afgunstige denkt alleen maar aan alles wat hij niet of nog niet heeft. En hoe frustrerend is dat wel niet? Tel je zegeningen! Geniet van wat je hebt, en dan niet alleen in materieel opzicht.
Sta je er overigens wel eens bij stil dat vanuit de buren gezien, jóúw gras juist groener lijkt? Een hele troost.